2023-12-11

Op heden is de afwezigheid van een duidelijk wettelijk kader één van de grootste hinderpalen om videoconferentie in rechtszaken te gebruiken. Het wetsvoorstel strekt ertoe de toegang van de rechtszoekende tot justitie te optimaliseren, de afhandeling van rechtszaken te versnellen en de openbaarheid van zittingen te verhogen.

Het wetsvoorstel maakt een onderscheid tussen burgerrechtelijke procedures en strafrechtelijke procedures. Er worden ook een aantal wijzigingen voorgesteld aan onder andere de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie en de wet van 5 mei 2014 betreffende de internering.

Het wetsvoorstel regelt niet alleen het gebruik van videoconferentie, maar ook het maken van geluids- en audiovisuele opnames. In uitzonderlijke omstandigheden zou het gerecht over de mogelijkheid beschikken om te beslissen dat er, mits toestemming van de betrokken personen, een geluids- of audiovisuele opname zal worden gemaakt van de zitting. Zowel voor wat betreft het maken van opnames als voor het gebruik van videoconferentie werden er specifieke regels voorzien in verband met de verwerking van persoonsgegevens.

Er worden daarnaast verschillende waarborgen voorzien, onder andere om het recht op een eerlijk proces te waarborgen. Een voorbeeld is dat het videoconferentiesysteem moet waarborgen dat de verschijnende partij op effectieve wijze kan deelnemen aan de rechtspleging en de debatten effectief en integraal kan volgen.

Er zijn ook procedurele waarborgen, waaronder dat de betrokken persoon hoger beroep kan instellen tegen de beslissing van de rechtbank om de zitting via videoconferentie te organiseren. Daarnaast kan de betrokken persoon ook een verzoek indienen bij de rechtbank om de rechtspleging te organiseren via videoconferentie. Bovendien worden er in het wetsvoorstel specifieke regels voorzien voor de rechtsplegingen die achter gesloten deuren dienen te verlopen.

Het gebruik van videoconferentie brengt voordelen met zich mee. Het is efficiënter doordat onder andere lange verplaatsingen worden vermeden. Bovendien kan dit een positieve impact hebben op de gelijkheid, doordat er een nieuwe wijze van verschijnen gecreëerd wordt voor personen die zich om welke reden dan ook niet kunnen verplaatsen. Zoals duidelijk geworden is door de Covid-19-pandemie, kan dit positief zijn in geval van gezondheidsrisico’s. De continuïteit van de rechtspleging kan worden gewaarborgd, ook in gevallen waar sociale afstand noodzakelijk is.

Het is volgens de wetgever echter niet de bedoeling om het gebruik van videoconferentie tot algemene regel te maken. De norm moet blijven dat iedereen fysiek aanwezig is in de rechtszaal. Het gebruik van videoconferentie zal eerder worden toegestaan in uitzonderlijke omstandigheden waarbij er toestemming is van de betrokkenen. De rechtbank dient dus steeds de opportuniteit van een videoconferentie te beoordelen.

Dit wetsvoorstel creëert ook een aantal praktische uitdagingen, zoals het technische aspect. Om de rechtspleging via videoconferentie mogelijk te maken moet er een goed functionerend systeem ter beschikking zijn. In strafzaken valt bijvoorbeeld te denken aan de persoon die van zijn vrijheid is beroofd. In die situatie moeten er de nodige technische middelen aanwezig zijn in de betrokken instelling. In geval van rechtspleging achter gesloten deuren kan ook de vraag worden gesteld of er in de instellingen gegarandeerd kan worden dat niemand anders de gesprekken kan horen dan de betrokkene en de advocaat. 

Schuermans advocaten volgt het wetgevend proces op.

Meer nieuws

2024-05-06

Wet van 17 maart 2014 tot wijziging van de WAM: overzicht van belangrijkste wijzigingen

Ga verder
2024-05-03

De wetgeving over het verkrijgen van goederen voor een bewindvoerder is discriminerend

Ga verder
2024-03-27

Nieuw Strafwetboek (eindelijk) aangenomen

Ga verder