Verplichte aansprakelijkheidsverzekering voor aannemers, architecten en andere dienstverleners in de bouwsector

In een persbericht van 20 oktober 2016 bevestigde de Federale Ministerraad een voorontwerp van wet te hebben goedgekeurd houdende de invoering van een verzekeringsplicht voor alle bouwactoren.

Vooralsnog is slechts één bouwactor, m.n. de architect, wettelijk verplicht een beroepsaansprakelijkheidsverzekering aan te gaan. Deze verplichting, die voorheen enkel een deontologische aanbeveling was, werd in 2006 wettelijk verankerd in art. 2, §4 van de wet op de bescherming van den titel en van het beroep van architect.

In haar arrest van 12 juli 2007 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat het gebrek aan verzekeringsplicht voor andere bouwactoren een discriminatie ten nadele van de architect betekent. Tegelijkertijd legt het Hof in dit arrest de bal in het kamp van de wetgever door uitdrukkelijk aan te geven dat deze discriminatie volgt uit een lacune in de wetgeving en niet uit de invoering van de verzekeringsplicht voor de architect zelf. Enkel de wetgever kan een lacune in de wetgeving aanvullen en was dus aan zet om de discriminatie ten nadele van de architect te verhelpen.

Het goedgekeurde voorontwerp van wet streeft uitdrukkelijk een dubbel oogmerk na. Enerzijds moet een einde worden gemaakt aan de vastgestelde discriminatie en anderzijds wenst de wetgever de bouwheer beter te beschermen in bouwgeschillen. Huidig voorontwerp zou voorzien in eenzelfde verzekeringsplicht voor architecten, aannemers en andere dienstverleners (landmeter, studiebureau…) voor hun tienjarige aansprakelijkheid.

Dit voorontwerp van wet werd nog niet gepubliceerd zodat het voorlopig onduidelijk is welke de finesses zullen zijn van de nieuwe verplichte verzekering. Twee aspecten kunnen alvast wel worden opgemerkt.

Vooreerst zal nu ook de aansprakelijkheidsverzekering voor aannemers en andere dienstverleners onderworpen zijn aan de wettelijke bepalingen inzake verplichte verzekeringen.

Zo zal rekening moeten worden gehouden met art. 151, §1 van de Wet betreffende de Verzekeringen waarin wordt bepaald dat de verzekeraar bij een verplichte verzekering de nietigverklaring, opzegging, beëindiging of schorsing van de verzekeringsovereenkomst niet kan inroepen tegen de benadeelde tenzij deze zijn geschied voordat het schadegeval zich heeft voorgedaan. In een arrest van het Hof van Cassatie van 27 juni 2013 oordeelt het Hof bovendien dat het ‘voordoen van het schadegeval’ moet worden gelijkgesteld met het ‘ontstaan van de schade’. Zeker in bouwgeschillen, waar een gebrekkige uitvoering soms pas veel later schade teweegbrengt, kan deze bepaling tot veel discussie leiden. Het lijkt waarschijnlijk dat deze discussies zullen toenemen nu alle bouwactoren, en niet enkel de architect, onderworpen zullen zijn aan de verzekeringsplicht en dus art. 151, §1 W.Verz..

Daarnaast kiest de federale regering er – niettegenstaande diens voornemen de bouwheer beter te beschermen – er kennelijk voor om bij de nieuwe verzekeringsplicht belangrijke beperkingen aan te brengen.

Zo zou de verzekeringsplicht blijkens de persberichten van de bevoegde ministers enkel gelden voor gebouwen bestemd voor bewoning en waarvoor de tussenkomst van een architect verplicht is. Daarnaast zou de verzekeringsplicht enkel gelden voor de tienjarige aansprakelijkheid van de bouwactoren en zullen dus enkel ernstige gebreken (bv. ernstige waterschade, stabiliteitsproblemen, e.d.) verplicht gedekt moeten zijn. Het is opvallend dat de huidige verplichte verzekering van de architect al deze beperkingen niet kent.

De bouwheer zou zich dus sneller kunnen wenden tot een beroepsaansprakelijkheidsverzekeraar maar zou tegelijk geconfronteerd worden met een kleinere verzekeringsdekking dan degene die een architect op dit moment moet onderschrijven.

Voorlopig moet dan ook worden besloten dat de federale regering ervoor kiest om de door het Grondwettelijk Hof vastgestelde discriminatie te verhelpen met een eenduidige verzekeringsplicht die weliswaar in een beperktere dekking voorziet als de huidige verzekeringsplicht voor architecten.

Het voorontwerp van wet werd door de ministerraad overgemaakt aan de Raad van State voor advies. Schuermans advocaten volgt de evolutie van dit wetgevend initiatief op de voet op.